Historie

Oprichting

Dirigent De Plaa op hondenkar + grote hond.

Christelijke muziekvereniging Amicitia werd opgericht op 1 december 1902. Goedgekeurd bij Koninklijk Besluit werd de vereniging op 31 januari 1903. Deze twee verschillende jaartallen hebben nog weleens verwarring gegeven wat betreft het oprichtingsjaar. We gaan echter uit van 1903. In Staatscourant 46 vinden we de statuten. Het eerste artikel geeft het Christelijke karakter aan. Het doel van de vereniging was het maken van fanfaremuziek, zowel koraal als figuraal. Artikel 4 meldt dat de vereniging is samengesteld uit mannelijke leden.

Zoals gebruikelijk werd de vereniging opgericht voor een periode van 29 jaar, te rekenen vanaf de oprichtingsdatum 1 december 1902. Bij ontbinding zouden de eigendommen van de vereniging vervallen aan de Christelijke jongelingsvereniging Psalm 119:9 te Hien (art. 18). Dit laatste zou later nog voor narigheid zorgen.

Groepsfoto met strenge dirigent vooraan op stoel.

De eerste vijf jaren was mede-oprichter Jozua de Plaa dirigent. Onder zijn leiding werd dan ook op vrijdag 27 november 1903 in de Christelijke school te Hien de eerste uitvoering van de nieuwe fanfare gegeven. De muziek werd afgewisseld met voordrachten. Het publiek kon kiezen uit twee rangen, te weten eerste rang voor 50 cent en tweede rang voor de helft. De Plaa werd opgevolgd door Nelis Fintelman, die twintig jaar de dirigeerstok hanteerde. Merkwaardig was dat deze dirigent geen loon vroeg, maar daarentegen zelf contributie betaalde.

Sjoelen

Advertentie Betuwe 13-04-1934 sjoel-avond.

Doordat het bestuur vergat de koninklijke goedkeuring van de vereniging te verlengen, hield de fanfare feitelijk 1 december 1932 op te bestaan. In De Betuwe van 6 oktober 1933 staat vermeld dat het praktisch voortbestaan van de vereniging hierdoor niet belemmerd hoefde te worden, ware het niet dat de Christelijke Jongelingsvereniging inderdaad haar rechten opeiste. De vereniging zou dus zonder instrumentarium komen te zitten. Er moest geld komen voor andere instrumenten. De leden leenden renteloos geld, er werd geld opgehaald en in april 1934 werd een sjoelavond georganiseerd. Men kocht instrumenten en de jongelingsvereniging besloot uiteindelijk toch dat de vereniging het instrumentarium en het vaandel mocht behouden als zij dat dan ook maar als een zuiver geschenk zagen. Het bestuur besloot dat dan ook maar te doen.

Foto 1 van optocht, lang geleden, man zittend op auto.

Onder leiding van dirigent J. van Rosmalen werd veelvuldig aan zowel concert- als marsconcoursen deelgenomen. In 1939 werd zelfs in de afdeling uitmuntendheid een tweede prijs gehaald. In de Tweede Wereldoorlog werd er weinig muziek gemaakt. Er volgde zelfs een evacuatie van de Dodewaardse bevolking. Na de bevrijding volgde een tijd van wederopbouw. Instrumenten waren er niet of nauwelijks meer. Omdat men toch graag samen wilde komen, besloot men te gaan zingen. Hieruit is in 1948 het Dodewaards Mannenkoor ontstaan. Door het houden van een bazar en een collecte onder de bevolking konden na de oorlog weer instrumenten gekocht worden.

Noodschuur

Marslopende muzikanten, tegen dijk op, oude foto.

In 1953 vierde de vereniging het 50-jarig bestaan. Er waren toen 36 leden. Men plaatste een grote tent, er werd feest gevierd en de vereniging kreeg een nieuw vaandel aangeboden. Dirigent was wederom J. van Rosmalen. Hij had de overleden dirigent Jakma opgevolgd en was zodoende weer terug op zijn oude stek. Doordat in september 1954 het repetitielokaal door brand verwoest werd, zocht men een nieuw onderkomen. Het Polderdistrict werd benaderd of de vereniging gebruik mocht maken van het voormalig dijkmagazijn, in Dodewaard beter bekend als de noodschuur. Men kreeg toestemming en zo werd er op 26 oktober 1954 voor het eerst in dit gebouw gerepeteerd. Voor die tijd hadden enkele leden voor verlichting en verwarming gezorgd. Een toilet ontbrak. De Strang was echter dichtbij.

 

Groepsfoto op trap gemeentehuis, ook met vrouwen!

In 1956 kwam de dirigeerstok in handen van P. van den Bosch. In die jaren had de vereniging een florerend jeugdkorps dat zelfs zelfstandig uitvoeringen gaf. In 1960 werd er door de gemeente een poging gedaan een fusie tot stand te brengen tussen de beide Dodewaardse muziekverenigingen Kunst na Arbeid en Amicitia. Dit liep echter op niets uit. In 1963 werd de dirigent ontslagen om plaats te maken voor de heer Vreugdenhil. De jaren kabbelden voort. Optredens waren uitvoeringen en marslopen. Op enig moment had de vereniging slechts 13 leden. In de zeventiger jaren trad het oude bestuur af om plaats te maken voor bestuurders met nieuwe ideeën.

Jubilea

Foto wissel De Bock en Henrie Pastoor.

In 1975 kwam een nieuwe dirigent, J. de Bock, en werd in dat jaar het tamboerkorps opgericht o.l.v. J. Teunissen. Koninginnedag 1976 traden deze drummers voor het eerst op tijdens de jaarlijkse aubade en het hele korps was in een nieuw uniform gestoken. Een jaar later nam de fanfare voor het eerst weer deel aan een KNF-concours. Het 75-jarig bestaan werd in 1978 groots gevierd met een dorpsfestijn, iets wat de jaren erna in kleinere vorm herhaald werd om de kas te spekken.

Vanaf 1979 kwam de fanfare op concoursen steeds uit in de tweede afdeling en ook de drumband wist de tweede divisie te bereiken. In 1985 werd het dijkmagazijn gekocht van de polder en vond er twee jaar later een kleine restauratie plaats. Geert Jacobs werd de nieuwe drumbandinstructeur en Henrie Pastoor nam in 1989 de dirigeerstok voor de fanfare ter hand. Onder zijn leiding promoveerde het orkest in zes jaar van de tweede afdeling naar de afdeling uitmuntendheid. Hoewel de tamboers niet meer deelnamen aan concoursen, maakten zij onder leiding van instructrice Marit Entrop veel leuke afwisselende muziek.

Het 100-jarige bestaan werd groots gevierd, met een nieuwjaarsconcert, CD-opnames en presentatie van het jubileumboek en is de hele vereniging in een nieuw uniform gestoken. Tevens is Amicitia in dat jaar begonnen met de Betuwecup, een concours voor muziekverenigingen uit de regio.

In 2011 heeft Andre Vulperhorst de muzikale leiding van het fanfareorkest overgenomen nadat Henrie Pastoor 22 jaar op de bok had gezeten. Een jaar later hebben er nog twee wisseling plaats gevonden in de leiding. Sinds 2012 heeft Ruud Roelofsen de leiding over de slagwerkersgroep overgenomen van Marit Entrop en verzorgt hij de lessen voor de slagwerkers. En Connie Wegbrans verzorgt tegenwoordig de koperblaaslessen nadat Leonard Milek na meer dan 15 jaar prettige samenwerking het stokje heeft overgedragen.

In 2013 is er een nieuw jubileum gevierd, het 110 jarig bestaan. Tijdens het themaconcert “Legends in Music” zijn twee leden tot ereleden verheven ter ere van hun trouwe inzet en betrokkenheid bij de vereniging en omdat zij beiden al 60 jaar lid waren!

Sinds januari 2019 is de muzikale leiding van het fanfareorkest in handen van Marjolein van der Lee.

Foto opening Noodschuur, concert op terras.

Het eigen clubgebouw is na een grondige restauratie in 1991/1992 nu een mooi en goed te gebruiken onderkomen, waar de vereniging met recht trots op is.